Onder haar lange donkergroene jurk draagt ze grove sportschoenen. Nikes. Zwart met felgekleurde nestels. Het helrood en de neon-kleur komen terug in de maliesjes aan haar dikke zwarte veters. Haar grote zwarte hoofddoek heeft ze zo gedrapeerd dat de stof over haar schouders hangt. Het oogt als een kap van een non. Zij zelf echter oogt eerder als een monnik, ze is namelijk nogal stevig en gedrongen. Ze loopt met grote passen langs mij heen.
Samen dalen we de trap af en passeren een groep leerlingen van het VMBO. Leeftijdgenoten die haar geen blik waardig gunnen. Ik zie dat ze afdalenderwijs de afstand tot hen vergroot. Beneden gekomen loopt ze met een grote boog om een paar meiden uit de groep heen, meiden met stuk voor stuk een sigaret in hun mond. Hun interesse gaat uit naar de bekvechtende jongens op de trap. Een dikke jongen met een rood hoofd wordt uitgescholden door een nog dikkere knul met een petje op. Een paar jongens staat er zwijgend omheen.
Het moslim-meisje loopt snel door op haar grote zwarte Nikes. Haar groene jurk wappert in de koude wind. Op naar huis, net als ik. Samen betreden we het tunneltje onder de spoorrails. Om ons heen oorverdovend verkeerslawaai, de akoestiek is hier niet al te best.
Na het tunneltje is nog iets terug te zien van hoe het hier ooit was. Groen. Ooit liepen hier paardjes en schapen. Het was een en al weiland. Er stond een prachtig oud landhuis. Je kon hier 's winters land over zand naar het andere dorp. Ooit.
Wat schrijf jij toch mooi, een gave.
BeantwoordenVerwijderenwel... dat is een mooi compliment van iemand die zelf juist zo mooi schrijft. Dankjewel Marthy.
BeantwoordenVerwijderenPrachtige sfeerimpressie, hoe 't is en hoe 't was
BeantwoordenVerwijderenDank je Hajar X
BeantwoordenVerwijderen