vrijdag 16 september 2016

TRANCE

Hele dagdelen, hele dagen, zit ik te schrijven. Ik wist niet dat ik het kon. De hitte buiten gaat aan mij voorbij. Ik zit en schrijf. Gordijnen dicht. Stilte om me heen.
 Een week of drie geleden begon het. Ik liep door de keuken, de mannen waren net vertrokken naar hun werk. Rust in huis. Ik zette koffie, zag de laptop op de keukentafel staan. Mijn voeten brachten me er naar toe, echt, het leek buiten mijn wil om te gaan. Ik nam plaats, ging als in trance achter de laptop zitten, startte Word op en toen begon het. Ik schreef en ik schreef en ik schreef.
 Ze zeggen altijd: het eerste boek dat je schrijft is steevast auto-biografisch. Dat klopt. In mijn geval. Ik ga het niet publiceren, het boek. Het is voor mezelf. En voor mijn man. En voor mijn zoons.
 Ik wist niet dat het allemaal in mijn kop zat. Maar het zat er al die tijd al, klaarblijkelijk. Als slierten pasta rolt de tekst er nu ineens uit. Kilo's deeg had ik op voorraad, blijkbaar. En het is nog niet op. Ik heb al een hele grote pan spaghetti bij elkaar geschreven en er komt nog meer aan.
 Sommige hoofdstukken zijn klein. Heel fijn en poetisch. Beeldend.  Die schrijf ik snel, alsof ik een poppetje klei. Een poppetje dat ik al helemaal voor me zie voordat ik 'm ga maken. 'Hup. Zo en zo en zo... hopla. Zo is ie mooi.'
Dan is het ineens wroeten. Teveel gedachten in mijn hoofd nog, tuimelend.  Ze vechten om voorrang. Interessant om te zien hoe dat werkt. Wat nog niet goed is doordacht, dat schrijft rot. De helft moet er weer uit. Wat aanvankelijk zo belangrijk leek omdat ik er zoveel bij voelde: hup! Weg ermee! Schrappen. Knapt het heerlijk van op.
Ik verschuif alinea's, soms naar een heel ander hoofdstuk. Zit echt te puzzelen. 'Dit is daar veel logischer. Dat moet daar, sluit mooier aan.'
Wat een fantastisch proces. Bijna honderd bladzijden heb ik geschreven. Ik ben nog niet klaar. Nog lang niet. Gelukkig.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten