dinsdag 23 februari 2021

ZESTIG JAAR GETROUWD

Fresia's in heur haar. Ze contrasteren mooi met haar donkerbruine haarkleur, deze fris-witte lentebloemetjes. Haar glimlach een mengeling van blij, opgetogen en verlegen. Prachtige witte tanden in een lief, knap gezicht. Naast haar mijn vader,  zo jongensachtig nog. Met een leuk koppie met zijn haar in een zijscheiding. Trots kijkt hij. Hij trouwt met het mooiste meisje van het dorp tenslotte. 

Deze keurige katholieke edoch ondernemende jongeman had haar toch maar mooi aan de haak geslagen. Versierd tijdens een avondje uit. Dansen in cafe De Roemer. Dat deden de jongelui in de jaren vijftig en zestig in het dorp. Dansen in het cafe. Zo ook mijn vader en moeder. Wat een leuk idee dat ze elkaar zo hebben ontmoet. In een cafe waar elke week een band of orkestje speelde en waar iedereen met de beentjes van de vloer ging. Mijn mooie, lieve een beetje verlegen moeder die met haar vriendinnen uitging en mijn ondernemende ondeugende vader die zijn ogen niet van haar af kon houden en de stoute schoenen aantrok en met haar ging dansen. Wat zal hij haar mooi gevonden hebben. Net als al die andere jongemannen uit het dorp, maar hij heeft haar gekregen. 

Zestig jaar geleden, niet eens zo heel lang na hun eerste ontmoeting, zijn ze getrouwd. Op een dag in februari waarop - net als nu - de lente al in de lucht hing. Als een voorbode op hun huwelijk, die lente. Ze kregen vier kinderen. In het jaar dat ze trouwden werd ik geboren. In de jaren daarop mijn twee broers en tenslotte mijn zusje, de jongste. We verhuisden naar een ander dorp, naar een rijtjeshuis. Weg uit de veel te krappe flat.  Mijn broers en zus gingen naar de dorpsschool, ik op de fiets naar mijn oude dorp naar de middelbare. Mijn vader - verenigingsman in hart en nieren - werd lid van de plaatselijke vrijwillige brandweer. Mijn moeder bestierde het huishouden. Wat waren we blij met die eengezinswoning met een voor- en een achtertuin en met een heuse centrale verwarming. Ze wonen er nog, nadat alle kinderen uitvlogen, zijn ze er blijven wonen. Helemaal verknocht geraakt zijn ze, aan het dorp en aan de buurt. 

Ze ontvingen een felicitatie voor hun diamanten huwelijksdag van Willem Alexander en Maxima en van de commissaris van de Koning. Een grote taart werd er bezorgd, van de beste bakker van Zaanstad; een cadeau van de burgemeester. Afgelopen weekend haalden we ze op en hadden een heerlijke middag met de kinderen met partners, alle kleinkinderen met hun verkering. En twee hondjes. Een feestje aan De Zaan maakten we ervan, met door mijn moeder gebakken citroentaart en met coffee to go. Wat zaten we heerlijk, daar in het zonnetje. Het echte feest moet echter nog gevierd gaan worden. Door corona kan het nu nog niet. We hebben al een beetje plannen gemaakt wanneer we dat gaan doen. Als ik zestig word deze zomer. Maken we er een fantastisch feest van met familie, vrienden en met mijn bandje. In een strandtent die wordt gerund door een achterneef van mijn vader. Hoe mooi wil je het hebben? 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten