woensdag 26 augustus 2015

HUFTERIG

We tuffen door het zonovergoten West-Friesland. Stoppen dan weer hier, dan weer daar. Wandelen een uurtje langs akkers en weilanden,  spreken een paar wandelaars, scharrelen over een kleine oeroude begraafplaats achter een even oud kerkje, lezen de namen op de stenen - 'Echt namen van hier, he?'  -  en bekijken de wonderschone huizen in de dorpjes zelf. En zetten veel, heel veel op de kiek.
Eind van de middag strijken we neer in Nibbixwoud, bij een bakkerij met een terras voor de deur. We bestellen en nemen plaats aan een van de twee tafels, in het zonnetje, met uitzicht op alweer zo'n prachtig kerkje. Er passeert een jongen met een hond. 'Hallo', zegt hij. 'Hallo', groeten we terug. We verwonderen ons over de vriendelijkheid van de mensen hier.
De bakkersvrouw - een kloeke dame - brengt ons koek, taart en thee. Voorzichtig manoeuvreert ze om ons heen. Eerst de thee voor mijn man, daarna die voor mij. Bijna op haar tenen balanceert ze om maar niet te morsen. 'Dankjewel', zeggen wij, ''t is even een gedoetje he?' 'Ja, voor die thee ben ik altijd 'n beetje hufterig. 't Is zo heet, dat kokende water.'
Er stopt een Mercedes, de bestuurster stapt uit. Dure jurk, glinsterende sieraden; een rijke boerenvrouw. 'Zo ho, een lekkere moorkop', roept ze als ze ons passeert. De bakkersvrouw loopt achter haar naar binnen. Ik zet de moorkop aan mijn mond.

1 opmerking: